“Ik werd gearresteerd nadat anti-Islam propaganda in mijn auto werd geplaatst”
Genève, Zwitserland - Op 5 maart jl. hield Jubilee Campaign samen met de organisatie Set My People Free, een event waarbij ook Article 18 spreektijd kreeg. De directeur, Mansour Borji introduceerde het rapport Anonieme Slachtoffers dat opgesteld was in samenwerking met meerde organisaties over de schendingen van rechten van christenen. Het rapport meldt dat er in de zomer van 2023 een grote golf van arrestaties plaatsvond van meer dan 100 christenen en een tweede golf van arrestaties plaatsvond rond de Kerst.
Afgezien van het zoroastrisme, het jodendom en in zeer beperkte mate het christendom worden geen andere religieuze minderheden door de wet erkend of rechten toegekend op grond van de grondwet. De christelijke gemeenschap in Iran wordt door de autoriteiten beperkt tot etnische Armeniërs, Assyriërs en een kleine gemeenschap van expats. Deze groepen zijn relatief vrij om hun geloof te belijden. Maar worden geconfronteerd met juridische en sociale discriminatie en mogen geen diensten houden in de Perzische taal en ook geen religieus materiaal bezitten in de Perzische taal (de nationale taal). Ook kunnen ze een gevangenisstraf riskeren als ze het christendom promoten onder mensen met een moslimachtergrond of hen uitnodigen tot het bijwonen van kerkdiensten. Ook nevenactiviteiten zoals het organiseren van een picknick kunnen worden beschouwd als poging tot het werven van nieuwe christenen.
Toch bestaat de grootste christelijke gemeenschap uit bekeerde moslims. Deze worden dus gedwongen in het geheim samen te komen in huiskerken of een geïsoleerd bestaan te leiden, zonder verbondenheid met andere christenen. Huiskerken worden wel Vijand-groepen genoemd en deelnemers kunnen worden gearresteerd als staatsvijand. Iran heeft nooit wetgeving tegen afvalligheid van Islam opgenomen, waarschijnlijk vanwege de vrees voor internationale druk en dus worden vaak andere beschuldigingen ten laste gelegd.
Dabrina Bet Tamraz is de dochter van een voorganger van een Assyrische Pinkstergemeente. Zij vertelde uit eerste hand over de treitercampagnes van de overheid tegen christenen. Huizen van gezinnen worden rond 3 uur ‘s nachts met veel lawaai binnengevallen. Telefoons, computers en zelfs IPads van kinderen worden in beslag genomen en de ouders worden op agressieve wijze ondervraagd of gearresteerd. Dit zijn terreur tactieken om permanente angst in te boezemen. Dabrina zag met eigen ogen dat haar auto werd opengebroken en er anti-Islam materiaal in de auto werd gelegd. Zij werd onderworpen aan ondervraging en gevangengezet.
In een eerder interview uit 2020 vertelt Dabrina dat de ondergrondse kerk in Iran explosief groeit. Nieuwe christenen ervaren dat wonderen en tekenen hen volgen, ondanks de grote vervolging. Vele moslims worden christen nadat ze over Jezus hebben gedroomd. Er is zelfs een gezegde ontstaan dat als een moslim zich bekeerd tot het christendom, hem wordt gevraagd: Heb je ook de witte man gezien?
Rapport
Speciale VN-rapporteur voor de mensenrechtensituatie in de Islamitische Republiek Iran, Javaid Rehman, publiceerde een rapport over de staat van de mensenrechten in Iran. Bij het opstellen van het rapport was hij echter niet welkom om Iran te bezoeken.
Zijn rapport stelt dat vorig jaar 834 mensen in Iran werden geëxecuteerd waaronder 22 vrouwen. Van de 834 executies, waren 471 drugs-gerelateerd, 39 wegens het in gevaar brengen van de nationale veiligheid en 2 wegens apostasy. Deze twee apostacy zaken gingen slechts over het uitoefenen van het recht op vrijheid van meningsuiting. Beide mannen hadden een mening geuit op sociale media met betrekking tot Islam.
Het rapport beschrijft voornamelijk de schending van mensenrechten over het afgelopen jaar met betrekking tot politieke en maatschappelijke protesten waar meer dan 537 protesteerders om het leven kwamen. Ook werden protesteerders massaal gearresteerd en gemarteld. Vooral de intimidatie tactiek van verkrachting werd veelvuldig gehanteerd.
Rehman uit zijn bezorgdheid over de toename van gedwongen huwelijken van jonge meisjes. Meisjes kunnen trouwen op de leeftijd van 13 jaar of zelfs jonger indien de vader toestemt en tevens met de goedkeuring van de rechtbank. Hij roept de autoriteiten op om de richtlijnen van het Committee voor de Rechten van het Kind te volgen en de leeftijd voor het huwelijk op te schroeven tot 18 jaar.
In het rapport komt hij ook op voor het recht op vrijheid van geloof en draagt de Islamitische Republiek Iran op om “een einde te maken aan de criminalisering van de vreedzame uiting van het geloof” en “zich te onthouden van het vervolgen van vreedzame religieuze bijeenkomsten in privéwoningen en andere gebouwen”. Hij stelt: “In veel gevallen zijn leden van etnische en religieuze minderheden willekeurig gearresteerd en vastgehouden in verband met een reeks vreedzame activiteiten”, waaronder “het simpelweg deelnemen aan religieuze of culturele activiteiten”, zegt de heer Rehman in zijn eindrapport aan de VN-Mensenrechtenorganisatie.
De “systematische, door de staat geïnitieerde vervolging van christelijke bekeerlingen, inclusief de gedwongen ontkenning van hun recht op vrijheid van godsdienst of levensovertuiging, vormt een substantiële schending van hun rechten”, zegt hij.
“Christelijke bekeerlingen zijn het doelwit en worden lastiggevallen, en velen die worden gearresteerd worden beschuldigd van ‘propaganda tegen het systeem’, ‘propagatie van het zionistische evangelische christendom’ of ‘het besturen en beheren van huiskerken… Omdat bekeringen van de islam niet zijn toegestaan, worden christelijke bekeerlingen geconfronteerd met de risico van afvalligheid en godslastering [aanklachten], waarop de doodstraf staat.”
Iedere Iraniër moet “het recht op vrijheid van godsdienst of overtuiging gegarandeerd krijgen, zoals bepaald in artikel 18 van het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten”, en gelijk behandeld worden voor de wet, “zonder enig onderscheid van welke aard dan ook, zoals ras, geslacht, taal, religie, seksuele geaardheid en (politieke) opvattingen”, stelt Rehman in het rapport.
Comments